NB voor studenten die gestart zijn in 2022 met Programmatisch Toetsen is onderstaande regeling niet van toepassing. De cum laude regeling wordt gebaseerd op de Voortgangstoets. Voor meer informatie kijk op: Programmatisch toetsen.
Om het predicaat 'cum laude' toegekend te krijgen, moet je aan een aantal punten voldoen. Deze zijn opgenomen in artikel 20 Toekennen iudicium cum laude.
Artikel 20 Toekennen iudicium cum laude
1. Als een student uitmuntend heeft gepresteerd kan een predicaat „cum laude‟ worden toegekend. Het predicaat wordt op het getuigschrift vermeld met de woorden „addita formula cum laude‟.
2. Van uitzonderlijke bekwaamheid, bedoeld in het vorige lid, is sprake indien:
a. er sprake is van een ongewogen gemiddelde, dat wil zeggen alle resultaten tellen even zwaar, van alle eindcijfers van de tentamens van een 8,0 of hoger en geen van de (deel)tentamens binnen een onderwijseenheid lager dan een 7,0 zijn, en
b. Een voldaan is behaald voor die onderwijsonderdelen die met voldaan/niet voldaan worden beoordeeld, en
c. Een goed is behaald voor de onderwijsonderdelen die met onvoldoende/voldoende/goed worden beoordeeld, en
d. Een voldoende is behaald voor de onderwijsonderdelen die met een onvoldoende/voldoende worden beoordeeld, en
e. Voor het Landelijk Voortgangstentamen masterjaar 3 als eindoordeel een „goed‟ is behaald,
f. en de examinandus niet vaker dan één maal de (deel)tentamens heeft afgelegd, en;
g. er geen incidentele melding van niet-professioneel gedrag heeft plaatsgevonden, die na onderzoek “gegrond” is verklaard, en
h. er geen melding is geweest van fraude/plagiaat, die heeft geleid tot een sanctie van de examencommissie
2. Van uitzonderlijke bekwaamheid, bedoeld in het vorige lid, is sprake indien:
a. er sprake is van een ongewogen gemiddelde, dat wil zeggen alle resultaten tellen even zwaar, van alle eindcijfers van de tentamens van een 8,0 of hoger en geen van de (deel)tentamens binnen een onderwijseenheid lager dan een 7,0 zijn, en
b. Een voldaan is behaald voor die onderwijsonderdelen die met voldaan/niet voldaan worden beoordeeld, en
c. Een goed is behaald voor de onderwijsonderdelen die met onvoldoende/voldoende/goed worden beoordeeld, en
d. Een voldoende is behaald voor de onderwijsonderdelen die met een onvoldoende/voldoende worden beoordeeld, en
e. Voor het Landelijk Voortgangstentamen masterjaar 3 als eindoordeel een „goed‟ is behaald,
f. en de examinandus niet vaker dan één maal de (deel)tentamens heeft afgelegd, en;
g. er geen incidentele melding van niet-professioneel gedrag heeft plaatsgevonden, die na onderzoek “gegrond” is verklaard, en
h. er geen melding is geweest van fraude/plagiaat, die heeft geleid tot een sanctie van de examencommissie
3. Bij de bepaling van het iudicium worden de door de Examencommissie verleende vrijstellingen niet meegewogen.